Onbewust heb ik het schrijven over racisme ontweken. Wel kwam het regelmatig ter sprake in huiskamersettingen, wanneer onderwerpen zoals ‘de Zwarte Piet-discussie’ aan bod kwamen of concepten zoals ‘affirmatieve actie’ besproken werden en alle ogen subtiel mijn kant opdraaiden. Het onderwerp vermijden doe ik niet, al denk ik dat door zelf donker te zijn dit ook geen optie is.

Waar ik het meest bang voor ben, is dat als ik mijn ongenoegen over de ongelijkheid die plaatsvindt uitspreek, ik al snel het label ‘boze zwarte vrouw’ opgeplakt krijg. En dat dit uiteindelijk leidt tot niet gehoord worden, omdat labels op mensen plakken hun kracht wegneemt en de controle weer bij anderen terugbrengt. Het label ‘boze zwarte vrouw’ krijg ik namelijk weleens opgeplakt. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer mensen opmerkingen maken als “jij bent wel knap, voor een donkere vrouw”, “normaal gesproken mag ik negers niet, maar jij bent anders” of “wat spreek jij goed Nederlands” en mijn reactie – op wat naar hun idee een compliment was – niet zo enthousiast is als ze op hoopten.

Maar als ik nadenk over de ongelijkheid in onze maatschappij, word ik nu eenmaal boos van binnen. En als ik mijn zusje op haar manier zie worstelen met racisme, word ik ook boos van binnen. Als ik oproepen lees van mensen die een familielid of vriend zijn kwijtgeraakt door racistisch-gemotiveerd politiegeweld, word ik boos van binnen. Als ik Sylvana Simons in al haar klasse en menselijkheid bij Pauw haar verhaal hoor vertellen en sommigen haar nog steeds niet begrijpen, word ik boos van binnen. Maar behalve boos, maakt het me vooral verdrietig.

“In uitspraken zoals “ik zie geen kleur”, ligt een pijn. Want mijn kleur is belangrijk voor mij”

Verdrietig, omdat in het ervaren van racisme een bepaalde machteloosheid zit. Want zelfs in uitspraken zoals “ik zie geen kleur”, ligt een pijn. Want mijn kleur is belangrijk voor mij. Net zoals het vrouw-zijn mijn identiteit vormgeeft. Duizenden jaren aan geschiedenis zit in mijn bloed en wordt door ‘het niet zien van kleur’ ontkracht. Gewoon, voor het gemak.

“Anders zijn is niet slecht”

Ik ben nu 21 en student ‘European & International Law’. Mijn studie is in het Engels en trekt grotendeels internationale studenten en docenten aan. Dat leidt tot diversiteit, zowel in het klaslokaal als binnen mijn faculteit. Diversiteit wordt gepromoot, want jij en ik zijn niet hetzelfde. Anders zijn is niet slecht, anders zijn is gewoon anders. Diversiteit zorgt voor een interessanter en dynamischer geheel. Het gaat namelijk om krachten delen en bundelen, om uiteindelijk als een geheel nog veel krachtiger te zijn.

Daarom laat ik mijn angst voor labels mij niet meer het zwijgen opleggen.

Want als praten de sleutel is, dan is zwijgen het slot.


Yellah, deel a mattie
Sanne de Bruin
20 Jaar, uit Den Haag, een" over-thinker”. Goed in uitstellen en houd van dansen en zingen ondanks dat ik dat helemaal niet kan. Een feminist en altijd geïnteresseerd in wat andere mensen aan het doen, of aan het bedenken zijn. Houd heel erg van lezen en geef mijzelf graag de ruimte om slechte gedichten of verhalen te schrijven omdat het op z'n minst grappig is om terug te lezen. Als ik ergens verslaafd aan ben is het TEDx en Ben & Jerry ijs eten. In 2015 begin ik aan European Studies, waar ik heel erg naar uitkijk.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in